Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Patiëntenfolder

Roesje bij endoscopisch onderzoek

Binnenkort heeft u een endoscopisch onderzoek bij het Endoscopiecentrum van het Erasmus MC. In sommige gevallen krijgt u voor dit onderzoek een roesje. Dit is afhankelijk van de indicatie van het onderzoek en uw gezondheidstoestand. Hieronder vindt u meer informatie over het roesje.

Download PDF

Wat is een roesje?

Een roesje bestaat uit een slaapmiddel en (soms) een pijnstiller: Midazolam en Fentanyl. U krijgt deze medicijnen toegediend via een infuus in uw arm. Dit infuus wordt op de afdeling geprikt door een van de verpleegkundigen.

Van het middel Midazolam kunt u in slaap vallen. Bij veel mensen veroorzaakt het echter geen echte slaap, maar geeft het een ontspannen gevoel, waardoor u het onderzoek makkelijker kunt ondergaan. Het is vooraf niet te voorspellen hoe u op het roesje reageert.

Een roesje is géén narcose. U blijft dus zelfstandig ademen en kunt opdrachten van de arts uitvoeren als dat nodig is. De meeste mensen herinneren zich door het roesje achteraf weinig tot niets van het onderzoek.

Voordelen van een roesje:
  • U hoeft niet beademd te worden, zoals als bij een narcose.
  • De arts en verpleegkundigen kunnen met u communiceren tijdens het onderzoek.
  • U herinnert zich weinig tot niets van het onderzoek.
Nadelen van een roesje:
  • Door het slaapmiddel kunt u oppervlakkiger gaan ademen. U krijgt altijd een zuurstofslangetje in de neus als ondersteuning. Als het zuurstofgehalte in uw bloed toch te ver daalt, is het soms nodig om het roesje op te heffen. Dit doen we door een antidotum (tegengif) te geven. Wanneer u dit medicijn heeft gekregen, moet u langer onder controle op de uitslaapkamer blijven.
  • Het roesje kan ervoor zorgen dat de bloeddruk en hartslag daalt. Als uw bloeddruk te veel daalt, is het nodig om extra vocht toe te dienen via het infuus.
  • Door het roesje is de kans op verslikken bij een gastroscopie (maagonderzoek) iets groter.
  • U kunt overgevoelig zijn voor het roesje. Geef altijd uw allergieën door aan de verpleegkundige voor het onderzoek start!
  • Ook kunt u minder gevoelig zijn voor het roesje. Het regelmatig gebruiken van slaapmiddelen, pijnstillers of alcoholische dranken kan de werking van het roesje verminderen.
  • U kunt tijdelijk vergeetachtig zijn of ontremd raken door het roesje.

Bijzondere omstandigheden


Als u een slechte hart- of longfunctie heeft, kan de MDL-arts besluiten u geen roesje te geven. Dit is om het risico op eventuele complicaties te verkleinen. De arts bespreekt dit met u op de behandelkamer. De keuze is dan om het onderzoek zonder roesje te doen, of alleen met pijnstilling. Komt u voor een gastroscopie (maagonderzoek)? Dan kunt u ook een lokale verdoving van de keel krijgen (keelspray).


Voorbereiding


Begeleider
Het is noodzakelijk dat u iemand (een volwassene) meeneemt naar het ziekenhuis die u ook weer naar huis begeleidt. Ook wanneer u alléén pijnstilling krijgt, is begeleiding verplicht. Uw begeleider moet u op de afdeling komen ophalen. Geef altijd een telefoonnummer van uw begeleider door.

Moeilijk te prikken
Bent u moeilijk te prikken? Kom dan een half uur voor de afgesproken tijd en meld dit bij binnenkomst. Dan kan een verpleegkundige rustig de tijd nemen om u een infuusnaaldje te geven.

Tijdens het onderzoek


Wanneer alle voorbereidingen zijn getroffen dan geeft de arts u het roesje. U kunt een beetje draaierig of licht in het hoofd worden van de medicijnen. Het helpt dan om de ogen te sluiten, proberen te ontspannen en eraan over te geven. U wordt daar slaperig van. Zo heeft u zo min mogelijk last van het onderzoek. Als het roesje is ingewerkt, na enkele minuten meestal, starten we het onderzoek.

Na het onderzoek


Na afloop van het onderzoek wordt u naar de uitslaapkamer gereden waar uw bloeddruk, hartslag en zuurstofgehalte worden gecontroleerd. Hier blijft u totdat u goed wakker bent en alle controles goed zijn (minimaal een uur na toediening van de medicatie voor het roesje).

U kunt zich nog uren suf voelen na de toediening van het roesje. De medicijnen kunnen uw reactievermogen beïnvloeden, daarom mag u 12 uur na het roesje niet:
  • Actief deelnemen aan verkeer of zelfstandig autorijden. Dit houdt in dat u geen auto, bromfiets, fiets of scootmobiel kunt besturen. U mag ook niet alleen te voet, met openbaar vervoer of met de taxi naar huis.
  • Niet werken.
  • Geen machines bedienen.
  • Geen belangrijke beslissingen nemen.
  • Geen slaapmiddelen gebruiken.
  • Geen alcohol drinken.
Als u informatie van de arts krijgt na het roesje, kunt u zich dit mogelijk niet meer herinneren. Na het roesje kunt u namelijk vergeetachtig zijn. Wanneer de arts belangrijke informatie geeft, vertelt de arts dit ook aan uw begeleider. Alle overige informatie ontvangt u op uw afspraak op de polikliniek.

Heeft u nog vragen?


Heeft u na het lezen van deze informatie nog dringende vragen? Belt u dan gerust met de endoscopieverpleegkundige, (010) 703 02 57.