Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Patiëntenfolder

Splanchnicus of coeliacusblokkade

De anesthesioloog heeft met u besproken dat uw pijnklachten behandeld gaan worden met een blokkade van een zenuwknoop. In deze folder willen wij u informeren over deze behandeling.

Download PDF

Wat is de plexus coeliacus?

De plexus coeliacus is een zenuwknoop in de bovenbuik die een rol speelt bij pijnklachten vanuit de ingewanden in de bovenbuik. Meest voorkomende indicaties zijn pijn vanuit de alvleesklier, maag en lever.

Doel van de behandeling

Een plexus coeliacusblokkade of splanchnicusblokkade is een onderbreking van deze zenuwknoop. Daarbij kan gekozen worden om de zenuwknoop zelf uit te schakelen of om de verbinding naar het ruggenmerg door te nemen. Het is aangetoond dat een dergelijke blokkade bij patiënten met bovenbuikpijn kan leiden tot een vermindering van de pijn en/of tot een vermindering van medicatiegebruik (opiaten). Een plexus coeliacus blokkade kan zo nodig herhaald worden.

anatomie bovenbuik
Anatomisch overzicht van de bovenbuik. 1: Plexus Coeliacus 2: Splanchnicus zenuwen 3: Middenrif 4: Crux van het diafragma5: Buikslagade

Afspraak voor behandeling

Het secretariaat van het Centrum voor Pijngeneeskunde zal met u een datum en tijdstip afspreken wanneer de behandeling plaats kan vinden. Als blijkt, dat u voor de gemaakte afspraak verhinderd bent, verzoeken wij u om zo vroeg mogelijk telefonisch contact op te nemen.


Voorbereiding voor de behandeling


Het is van belang dat u 'nuchter' bent op het moment van de ingreep. Nuchter zijn houdt in dat u met een lege maag bij ons komt. In het algemeen geldt:
  • Als de behandeling `s ochtends is, u vanaf 24.00 uur de avond ervoor niet meer vast eet.
  • Als de behandeling ’s middags is, mag u ’s ochtends nog wat licht ontbijten.
  • Tot 2 uur voor de ingreep mag u nog wat helder vloeibaar drinken, zoals water, thee, en koffie. Zonder melk en geen dikkere vloeistof dan sinaasappelsap. Als u suikerziekte heeft proberen wij daar rekening mee te houden, zodat u niet te lang nuchter hoeft te zijn. Het belang van nuchter zijn is bij suikerziekte echter groter.
Op de dag van opname neemt u uw medicijnen die u normaal gebruikt in met een klein slokje water.Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, dan kan het zijn dat u voor de behandeling tijdelijk moet stoppen met deze medicijnen. De behandelend arts heeft het volgende met u besproken:
  • NSAID
  • Ascal
  • Acetylsalicylzuur
  • Plavix
  • Acenocoumarol
  • Marcoumar
  • DOACs (antistollingsmedicijnen)
  • _____ dagen voor de behandeling stoppen met de aangekruiste medicijnen
De dag na de behandeling kunt u weer met de bloedverdunners beginnen, tenzij uw arts anders voorschrijft. Eventueel zal de behandelend arts voor u een aanvullend laboratorium onderzoek aanvragen op de dag van behandeling. De uitslag is dan bepalend voor het wel of niet doorgaan van de behandeling.

Zwangerschap

Wanneer u zwanger bent raden wij u aan om contact op te nemen met het Centrum voor Pijngeneeskunde. U hoort dan of de behandeling wel of niet door kan gaan.

Allergie


Bent u allergisch voor bepaalde medicijnen, pleisters, röntgencontrast en/of huidontsmettingsmiddelen zoals jodium? Waarschuw ons dan.

De behandeling

De behandeling vindt plaats tijdens een dagopname. U meldt zich op de dag van de behandeling op de afgesproken tijd bij deze afdeling waar u eerst wordt opgenomen. Uw begeleider mag vanwege de privacy van andere patiënten niet mee naar de operatie-kamer of de uitslaapkamer. Na een intake gesprek wordt u verzocht een operatiehemd aan te trekken en uw sieraden, piercings en make-up af te doen. Soms is het nodig, dat u ook uw gebitsprothese voor de behandeling moet verwijderen. U wordt op een bed naar de behandelruimte gebracht. Er zal een infuus geplaatst worden voor het toedienen van antibiotica.


Op de behandelkamer is naast uw behandelend arts een team aanwezig met ieder een eigen taak tijdens de procedure. Het kan voorkomen dat er ten behoeve van het onderwijs meerdere personen op de kamer staan om mee te kijken. De verpleegkundige zal u helpen de juiste houding aan te nemen op de behandeltafel. U moet voor de behandeling namelijk op uw buik liggen. Daarna zal de behandelend arts met behulp van röntgendoorlichting nauwkeurig de plaats bepalen voor de behandeling. Na het plaatsen van de naald(en) kan vervolgens door middel van een etsende vloeistof of warmte een langdurige blokkade van de zenuwknoop bereikt worden. De gehele behandeling duurt 15-30 minuten. Na de procedure wordt u op een brancard geholpen en naar de recovery ruimte gereden.

Na de behandeling

Na de behandeling verblijft u enige tijd op de uitslaapkamer. Als alles in orde is gaat u terug naar de verpleegafdeling. Op de verpleegafdeling krijgt u na verloop van tijd wat te drinken en eten aangeboden. Als u voldoende hersteld bent mag u naar huis. Het is niet toegestaan om zonder begeleiding naar huis te gaan. U moet er dus voor zorgen dat iemand anders u naar uw hu is kan begeleiden. Als u met de auto komt, mag u niet zelf de auto terug naar huis besturen. Uw begeleider mag vanwege de privacy van andere patiënten niet mee naar de operatiekamer of de uitslaapkamer.

Ontslag

Uw behandelend arts zal met u afspreken wanneer u voor de controle terugkomt.

De arts heeft een samenvatting van de behandeling opgeschreven in uw elektronisch patiëntendossier. U kunt deze samenvatting terugvinden in Mijn Erasmus MC.

Resultaat

Het doel is een snelle pijnvermindering te bewerkstelligen. Meestal treedt het effect op binnen een paar uur. Het uiteindelijke effect is pas na een paar weken te beoordelen. Geprobeerd zal worden de medicatie snel af te bouwen op geleide van uw klachten.

Complicaties


Uw behandelend arts zal de behandeling zorgvuldig uitvoeren. Toch bestaat er een geringe kans op complicaties:
  • Vaak is er in de eerste dagen na de blokkade sprake van diarree;
  • U kunt wat sneller duizelig worden bij snel overeind komen;
  • Indien een nier geraakt wordt kunt u een paar dagen wat bloed in de urine zien;
  • Bloeduitstorting: deze kan ontstaan als een bloedvaatje is geraakt. Dit veroorzaakt een blauwe plek en soms ook napijn;
  • Spierpijn: op de plaats waar geprikt is;
  • De blokkade vindt plaats net onder de borstkas. Daardoor bestaat er een minimaal risico dat de long aangeprikt wordt. Wanneer u klachten van kortademigheid bemerkt moet u contact opnemen met het Centrum voor Pijngeneeskunde ('s avonds, 's nachts en in het weekeinde belt u de afdeling Spoedeisende hulp van het Erasmus MC);

  • Er zijn gevallen beschreven (lees: zeer zeldzaam) waarbij ernstig letsel aan andere zenuwstructuren werd veroorzaakt. Ondanks zorgvuldig handelen is deze complicatie mogelijk.
  • Toename van pijnklachten: zeer zelden ontstaan door de behandeling meer pijnklachten.

Wanneer contact opnemen?

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen aan uw arts of verpleegkundige? Neem dan gerust contact met ons op.

Hoe kunt u contact opnemen?

Secretariaat van het Centrum voor Pijngeneeskunde: (010) 704 01 40 (bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 08.30 tot 16.00 uur).
  • Centrumlocatie: kies optie 1
  • Locatie Oude Haven: kies optie 2