Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Patiëntenfolder

Neurointerventie AVM of tumor

Neuro-embolisatie

Een neuro-embolisatie is een behandeling om afwijkende bloedvaten in het hoofd of de hals dicht te maken of af te sluiten. Dit doen we met een katheter die we via het bloedvat in uw lies naar binnen brengen. Zo schakelen we een AVM (oftewel: aterioveneuze malformatie) of een tumor uit.

Download PDF



Voorbereiding

Eventuele voorafgaande onderzoeken
Als voorbereiding op een neuro-embolisatie kan het zijn dat u een afspraak krijgt voor het maken van een CT-scan, MRI-scan of neuro-angiografie. Met deze onderzoeken maken we de afwijkende bloedvaten zichtbaar. Met deze beelden kan een arts een plan van aanpak voor de behandeling maken.

Eten en drinken
Op de dag van de behandeling moet u nuchter zijn. Dit betekent dat u na 12 uur middernacht niks meer mag eten of drinken.

Voor vrouwen (zwangerschap en borstvoeding)
Röntgenonderzoek kan beter niet worden gedaan als (de kans bestaat dat) u zwanger bent. Bij twijfel moet het onderzoek binnen 10 dagen na de eerste dag van de menstruatie plaatsvinden. Verander zo nodig uw afspraak.

Tijdens de behandeling wordt (jodiumhoudend) contrastmiddel toegediend. Zeer kleine hoeveelheden kunnen in de moedermelk komen, maar deze kleine hoeveelheden worden niet opgenomen door het maagdarmkanaal van de baby. U kunt daarom borstvoeding blijven geven. Wilt u blootstelling helemaal voorkomen, stop dan na de toediening van het contrastmiddel 24 uur met het geven van borstvoeding.

Contrastvloeistof
In de contrastvloeistof zit jodium. Jodium kan een allergische reactie veroorzaken bij mensen die hiervoor overgevoelig zijn. Bent u overgevoelig voor jodium? Bespreek dit dan met uw behandelend specialist. De behandelend specialist zal u vertellen of voorbereiding met medicatie nodig zal zijn. Wilt u het ook voor het onderzoek of de behandeling zeggen tegen de laborant(e) of radioloog?

Bloedverdunners
Als u bloedverdunnende middelen gebruikt (bijvoorbeeld Marcoumar of Sintrom), kan het zijn dat u hiermee tijdelijk moet stoppen. Vertel het uw arts als u deze middelen gebruikt.

Kleding
Het onderzoek of de behandeling vindt plaats in een steriele omgeving. Daarom moet u in schone (gewassen) kleding naar de onderzoekskamer komen. Ook is het handig als de kleding comfortabel en niet te strak zit. Soms krijgt u op de afdeling een operatiehemd aan van de verpleegkundigen.

Opname
Uw behandelend arts heeft u verteld dat u voor deze behandeling wordt opgenomen. U wordt voor tenminste 2 dagen opgenomen. Op de verpleegafdeling leggen we een infuus aan en nemen we uw bloed af om uw stollingswaarden en nierfunctie te bepalen en te controleren.

Tijdstip van de behandeling

De duur van de behandeling wisselt erg. We kunnen daarom niet aangeven hoe lang de behandeling gaat duren of wanneer u klaar zal zijn. Ook krijgen we vaak aanmeldingen voor spoedprocedures. Het kan daarom voorkomen dat uw afspraak wordt uitgesteld. Meestal stellen we uw behandeling uit naar een later tijdstip op dezelfde dag, maar in zeldzame gevallen moeten we uw behandeling uitstellen naar een andere dag. Als dit het geval is, geven we u hier zo snel mogelijk meer informatie over

Toilet
Ga voor de behandeling nog even naar het toilet op de verpleegafdeling

Over de behandeling

Wat we gaan doen

Dit is een behandeling om de bloedvaten van de AVM (oftewel: arterioveneuze malformatie) of tumor dicht te maken of af te sluiten in het hoofd-hals gebied (neuro). Het dichtmaken of afsluiten van bloedvaten noemen we een embolisatie.

Een AVM is een vaatafwijking waarbij er een abnormale verbinding is tussen slagaders en aders. Hierdoor wordt de druk in de aders te hoog. Aders hebben een dunne wand en worden door de hoge druk langzaam opgeblazen tot verwijde gekronkelde ‘spataders’. Door deze 'spataders' ontstaan er verschillende klachten. Om de klachten op te heffen, maken we de bloedvaten die meedoen aan deze abnormale verbinding dicht.

AVM

Een tumor kan groeien door een goede doorbloeding. Eén of meerdere bloedvaten zorgen voor deze doorbloeding. Met deze behandeling sluiten we de bloedvaten af die naar de tumor lopen. De tumor wordt dan niet meer van bloed voorzien. Vaak doen we deze behandeling als voorbereiding op een operatie waarbij we de tumor verwijderen. Het doel is om ervoor te zorgen dat u tijdens de operatie niet te veel bloed verliest.


Verloop van de behandeling

Het Erasmus MC is een universitair medisch centrum, waarin personeel wordt opgeleid. Het kan daarom voorkomen dat de behandeling uitgevoerd wordt door één van onze arts-assistenten, gesuperviseerd door een staf-arts. Ook kan het voorkomen dat de arts die de behandeling van tevoren met u heeft doorgesproken niet degene is die de behandeling uitvoert.

U gaat voor deze behandeling onder narcose, omdat het soms pijnlijk kan zijn en omdat het erg belangrijk is dat u helemaal stil ligt. Om de behandeling uit te kunnen voeren, moeten we een bloedvat aanprikken. Dit gebeurt meestal in de lies. Als u op de röntgenkamer bent, desinfecteert (reinigen met alcohol) de laborant uw lies en dekt u toe met steriele doeken. Dit is om een infectie te voorkomen.

Daarna prikt de radioloog (arts) in het bloedvat van uw lies en schuift er een dun buisje in. Dit buisje blijft tijdens de hele behandeling zitten en geeft toegang tot de slagader. Via het buisje worden dunne katheters (slangetjes) het bloedvat ingebracht. De dunne katheters worden vervolgens opgeschoven in de bloedvaten om op de plek van de afwijkende bloedvaten te komen in uw hoofd of hals.

Foto's maken
Om te bepalen of de locatie van de katheter goed is, maken we foto's waarbij contrastvloeistof wordt ingespoten. Na het maken van de foto's worden ze direct bekeken op de monitor.
Met deze foto's bepaalt de radioloog welk bloedvat dichtgemaakt moet worden. Soms moet de radioloog lang zoeken naar het juiste bloedvat.

GezondAVM
Normale angiografie
angiografie met AVM
normale angiografieangiografie met AVM

Na afloop

Als de behandeling klaar is halen we het buisje uit uw bloedvat. Om het gaatje in uw slagader af te sluiten, plaatsen we een soort oplosbare ‘hechting’ aan de binnenkant van het bloedvat.

Als er op de pols of hand is aangeprikt plaatsen we een bandje met daarin een ballonnetje, die op het gaatje van het bloedvat duwt.

De uitslag
De radioloog kan u de uitslag meestal niet gelijk geven. Later op de dag bestuderen we de foto’s en vergelijken we ze met eventuele vorige onderzoeken. De radioloog maakt vervolgens een verslag voor uw behandelend arts. Hij of zij bespreekt de uitslag met u.

Duur van de behandeling
De duur van de behandeling wisselt erg. We kunnen daarom niet aangeven hoe lang de behandeling gaat duren of wanneer u klaar zal zijn.

Na de behandeling

Nazorg en controles
Na de behandeling wordt u naar de uitslaapkamer gebracht. Wanneer u wakker bent wordt u weer teruggebracht naar de verpleegafdeling. Om de kans op nabloedingen zo klein mogelijk te houden, moet u 3 uur bedrust houden. Als u in de lies aangeprikt bent, moet u daarvan 2 uur platte bedrust houden. Dit betekent dat uw hoofdeinde helemaal plat moet blijven. De verpleging controleert het aanprikgaatje in uw lies of hand/pols. Ook zullen zij uw bloeddruk en polsslag controleren

Eten en drinken
U mag na het onderzoek, in overleg met uw afdelingsarts, weer gewoon eten en drinken. Het is belangrijk dat u 48 uur na de contrasttoediening veel drinkt, om de contrastvloeistof zo snel mogelijk uit te plassen.

Naar huis


Als u alleen bent opgenomen voor de behandeling op de radiologie, mag u meestal de volgende dag weer naar huis. Een afspraak voor uw eerstvolgende (bel)afspraak krijgt u thuisgestuurd.

Leefregels
Het is belangrijk dat u de eerste 24 uur rustig aan doet. U mag geen zware dingen tillen, niet sporten en niet veel traplopen.

Bijwerkingen en complicaties

Onderzoeken waarbij we katheters in bloedvaten brengen, verlopen meestal zonder problemen. Een enkele keer treden er bijwerkingen op, zoals een infectie of bloeduitstorting op de plaats waar het tijdelijke buisje werd ingebracht.

Complicaties

Een behandeling brengt altijd risico’s op complicaties met zich mee. Maar het team wat de behandeling uitvoert is gespecialiseerd in het voorkomen van complicaties. De volgende complicaties kunnen optreden:
  • Infectie, minder dan 1%
  • Bloeding, 2%
  • Vaatschade/dissectie/perforatie, 2%
  • Herseninfarct, 2 tot 4%
  • Hersenbloeding, 2 tot 4%

Wanneer contact opnemen?

Krijgt u thuis toch last van een complicatie of bijwerking? Belt u dan naar de polikliniek radiologie. Vraag dan vervolgens of u doorverbonden kunt worden met de physician assistent van de interventie radiologie. Bij spoed buiten kantooruren belt u naar het algemene nummer van het Erasmus MC. Vraag dan of u doorverbonden kunt worden met de dienstdoende assistent van de radiologie.

Contact

  • Polikliniek radiologie (van 08.00 - 16.30 uur): (010) 704 20 06.
  • Algemeen nummer Erasmus MC: (010) 704 0 704