Patiëntenfolder

MRI-onderzoek met een pacemaker of ICD

Magnetic Resonance Imaging (MRI) is een techniek om informatie te krijgen over het menselijk lichaam. Bij dit onderzoek wordt gebruik gemaakt van een zeer sterk magneetveld en radiogolven. Met behulp hiervan worden bepaalde signalen in het lichaam opgewekt. Deze signalen worden opgevangen door een antenne(spoel) waarna een computer ze 'vertaalt' in beeld.

Radiologie

Download PDF

Voorbereiding

Metaal in het lichaam

Metaal in het lichaam Magnetische, metalen en elektrische voorwerpen verstoren de MRI. Ze kunnen voor gevaarlijke situaties zorgen en zijn dan ook verboden in de onderzoekskamer. Heeft u een neurostimulator, implantaat, insuline- of pijnpomp, (glucose-)sensor of iets anders van metaal in uw lichaam? Bespreekt u dan met uw behandelend arts of dit veilig in de MRI kan. Dit moet vaak ruim van tevoren worden uitgezocht. Op de dag van het onderzoek is dat niet mogelijk, waardoor het onderzoek dan niet kan doorgaan. Vragen hierover vindt u ook terug in het MRI-screeningsformulier.

Pacemaker of ICD

Heeft u een pacemaker of een ICD? Neem dan direct contact op met uw behandelend arts. Er moet namelijk eerst uitgezocht worden onder welke voorwaarden er bij u gescand mag worden. Wanneer dit goedgekeurd is, krijgt u een afspraak voor het MRI-onderzoek. Om het onderzoek veilig te laten plaatsvinden moet uw pacemaker of ICD in de MRI-mode worden omgezet. U krijgt hiervoor een aparte afspraak bij de pacemaker technicus.

Dag van het MRI-onderzoek:

U meldt zich eerst op de polikliniek cardiologie bij de pacemaker technicus.
De pacemaker technicus zet uw pacemaker of ICD om in de MRI-mode.
Hierna gaat u naar de radiologie.
Indien er voor het onderzoek contrastvloeistof nodig is, wordt er een infuus in uw arm ingebracht.
Hierna wordt u voor het MRI-onderzoek opgeroepen.
Na het MRI-onderzoek gaat u terug naar de polikliniek cardiologie.
De pacemaker technicus zet de MRI-mode weer uit.
Nadat de pacemaker technicus uw pacemaker of ICD heeft gecontroleerd, mag u weer naar huis.
De uitslag van het onderzoek krijgt u van uw specialist.

Bijwerkingen en complicaties

Mocht u thuis toch last hebben van een bijwerking of andere complicatie, neemt u dan contact
op met uw huisarts.

Heeft u nog vragen?

Neemt u gerust contact op met de polikliniek radiologie of cardiologie als u nog vragen heeft.

Polikliniek radiologie (van 8.00 - 16.30 uur):
(010) 704 20 06.

Planbureau radiologie (van 8.00 - 16.30 uur):
(010) 704 02 65.

Polikliniek cardiologie (van 8.00 - 16.30 uur):
(010) 704 18 44