Bij een borstsparende operatie (ook ‘lumpectomie’ genoemd) verwijdert de chirurg een afwijking of tumor uit de borst, samen met voldoende omringend gezond weefsel. De borst zelf blijft zoveel mogelijk behouden. De behandeling vindt plaats in het Academisch Borstkanker Centrum van het Erasmus MC.

Voorbereiding

Gesprek met de anesthesist op de Preoperatieve kliniek
Tijdens dit gesprek wordt onder meer besproken:

• vanaf wanneer u niet meer mag eten en drinken (nuchter moet zijn) voor de operatie
• welke medicijnen – in het geval dat u medicijnen gebruikt – u wel en niet mag innemen op de ochtend voor de operatie.

Gesprek met de mammacareverpleegkundige op de Preoperatieve kliniek

De mammacare verpleegkundige bespreekt met u onder andere de gang van zaken op de dag van opname, hoe het herstel na de operatie eruit ziet en wat dat voor uw persoonlijke situatie betekent.

Ontharen

Wij vragen u uw oksel vanaf een week voor de operatie niet met een scheermesje te ontharen. U mag wel ontharen met een ontharingscrème of elektrisch scheerapparaat.

Wat neemt u mee?

Neemt u een beha mee zonder beugel, die goede steun geeft aan uw borst, bijvoorbeeld een sportbeha. We adviseren u om wat toiletspullen mee te nemen, voor het geval u toch een nachtje moet blijven.

De dag van operatie

U wordt (nuchter) opgenomen op de dag van de operatie. Op de dag van operatie kunt u thuis douchen. Op de Kliniek krijgt u een operatiehemd aan en, indien afgesproken, een tabletje ter voorbereiding op de operatie.

Over de behandeling

Wat we gaan doen
Als u bent aangekomen op de operatiekamer, wordt een infuus ingebracht. De operatie vindt plaats onder volledige narcose. De chirurg verwijdert het afwijkende weefsel. De wond wordt daarna onderhuids gehecht met oplosbare hechtingen. Het litteken wordt met kleine pleisters bedekt.

Verloop van de behandeling

Localisatiedraad of jodiumbron
Als de afwijking of tumor niet voelbaar is (ook ‘niet palpabel’ genoemd), zal de chirurg zich laten leiden door een zogenaamde localisatiedraad of een jodiumbron.

Localisatiedraad

Deze draad wordt in principe op de ochtend van de operatie geplaatst. Hiervoor wordt een naald ingebracht, met daarin een metalen draadje dat achterblijft in de borst als de naald verwijderd is. Met behulp van een echo- of röntgenapparaat wordt gecontroleerd of het draadje op de juiste plaats is ingebracht. U hoort van uw arts of het plaatsen van de localisatiedraad nodig is en of dit met echo of met röntgengeleiding gebeurd. Meer informatie hierover staat in de folder ‘Lokalisatie van de borst(en) onder echogeleide’ en de folder ‘Lokalisatie van de borst(en) onder röntgengeleiding’.

Jodiumbron

Soms wordt gebruik gemaakt van een jodiumbron in plaats van een localisatiedraad. De jodiumbron kan enkele dagen tot weken voor de operatie met een naald worden ingebracht bij het Specialisme radiologie & nucleaire geneeskunde.

Schildwachtklierprocedure of okselklierdissectie

Een borstsparende operatie wordt vaak gecombineerd met een schildwachtklierprocedure (het verwijderen van een of enkele lymfeklieren) of een okselklierdissectie (het verwijderen van alle lymfeklieren). Meer daarover kunt u lezen op de website van het Academisch Borstkanker Centrum (www.erasmusmc.nl/borstkanker) en in de folders ‘Een schildwachtklierprocedure bij borstkanker’ en ‘Het verwijderen van alle okselklieren bij borstkanker’.

Na de behandeling

Na de operatie

U wordt wakker op de uitslaapkamer waar u intensief wordt verzorgd en begeleid. Als u goed wakker bent, mag u terug naar de kliniek. Hier controleren de verpleegkundigen regelmatig of alles naar behoren verloopt. Als u zich goed voelt, mag u weer gewoon eten en drinken en uit bed. Als u geplast heeft, zich lichamelijk goed voelt en de arts toestemming heeft gegeven, mag u dezelfde dag nog naar huis. Het kan zijn dat u bij de operatie een wonddrain krijgt, deze gaat er meestal weer uit voor u naar huis gaat.

Naar huis

• Wij adviseren u de beha zonder beugel de eerste week dag en nacht te dragen, ter ondersteuning van de borst en het litteken.
• Tevens adviseren wij u de eerste 6 weken niet zwaar te tillen. U mag gewoon bewegen, waarbij uw lichaam de grens aangeeft, dat wil zeggen tot de pijngrens.
• U mag weer douchen 48 uur na de operatie. U kunt het wondgebied daarna droogdeppen.

• De pleisters mogen er na 1 week af, maar kunnen ook tot aan het eerste polikliniekbezoek blijven zitten.
• De eerste weken na de operatie kan de wond wat pijnlijk, gezwollen of verkleurd zijn. U kunt zo nodig pijnstillers innemen. Het litteken bereikt zijn definitieve vorm en kleur na ongeveer een jaar.

De uitslag

Het verwijderde weefsel wordt onderzocht door de patholoog-anatoom (het PA-onderzoek). Na ongeveer 10 werkdagen is de uitslag bekend. Op de polikliniek bespreekt de chirurg deze uitslag met u. U hoort welk soort weefsel het betrof, of de afwijking helemaal is weggehaald en of verdere behandeling nodig is. Bij een borstsparende operatie vanwege borstkanker wordt u altijd bestraald.

Bijwerkingen en complicaties

Na de behandeling thuis
Neemt u contact met ons op als:

• de wond rood, warm en pijnlijk is, dit kan een ontsteking zijn.
• er een zwelling optreedt van het wondgebied.

Neemt u bij twijfel, bij lichamelijke klachten en wanneer u vragen heeft, tijdens kantooruren contact op met de mammacareverpleegkundige, telefoonnummer 06 33324918.